Op afdelingen met een hoge prevalentie ESBL-producerende Enterobacteriaceae, overweeg behandeling met carbapenem met anti-Pseudomonas actviteit (imipenem/meropenem) als een infectie met ESBL-producerende bacteriën wordt verwacht.

Bij patienten met community-acquired of nosocomiale sepsis en voorafgaand gebruik van cefalosporines of chinolonen in de afgelopen 30 dagen en/of kolonisatie met ESBL-producerende microorganismen: toevoegen aminoglycoside aan het regime, of gebruik een carbapenem.

Alleen bij ernstige sepsis of septische shock (>18 jr) + gentamicine 1 x 5 mg/kg iv eenmalig, voortzetten in overleg met A-team.

SIRS

Temperatuur>38° of <36°

hartfrequentie>90/min

ademhaling>20/min of PCO2<4.25kPa

leucocyten>12x10e9/ml of <4X10e9/ml of >10% staafkernige granulocyten

Sepsis:

verdenking of bewezen infectie met minimaal 2 van de SIRS criteria:

Ernstige sepsis= sepsis + tekenen van orgaanfalen zoals:

Acuut veranderd bewustzijn, O2-behoefte van >5L om de saturatie>92% te houden, RR<90mmHg of MAP<65mmHg of daling van >40mmHg van de uitgangsbloeddruk,

oligurie<0.5ml/kg/uur, lactaat>4mmol/l of trombocytopenie< 150x10e9/l

Septische shock= ernstige sepsis + hypotensie

Dwz: hypotensie die niet (afdoende) reageert op vulling, dan wel de noodzaak voor vasopressieve medicatie om de bloeddruk op peil te houden

Sepsis protocol Sint Maartenskliniek

Gentamicine protocol SMK